Sodom en Gomorra

Het dorpje B. op de Veluwe, is op religieus gebied de wereld in het klein. Ongeveer alle grote wereldgodsdiensten vind je hier terug, de één aanmerkelijk meer dan de ander en dan ook nog in allerlei variëteiten.
Op zondagmorgen culmineert deze smeltkroes tot een hoogtepunt van gelovigen die links en rechts langs en door elkaar heen rijden, ieder op weg om het heil van boven te mogen ontvangen, in de hoop zo het aardse slijk beneden te mogen ontstijgen.
Nergens zo druk in B. als op zondag. Het is dan ook goed oppassen geblazen, want wie de blik rotsvast op de eeuwigheid gericht houdt, dwaalt nogal eens af van de juiste weg.
Zo kon ik, na lange tijd in ernstige geloofstwijfel te hebben verkeerd, met enige moeite een fatale aanrijding voorkomen met een haastige volgeling, een herder uit een aanpalende gemeente nog wel, blijkbaar geheel verzonken in de voorbereiding op zijn preek, wat bijkans het vroegtijdig verscheiden van een wat uit de kudde afgedwaald schaap tot gevolg had.
Ja, je hoedt ze met strakke hand, tenslotte.

Tijdens de dienst werd ik geconfronteerd met de collecte ter bestrijding van één der schepselen Gods, namelijk de houtworm, klein en nietig maar toch blijkbaar een ernstige bedreiging van het voortbestaan der kerk. Gul gegeven dus maar, want zo na enkele maanden van afwezigheid is een kleine aflaat wel op zijn plaats. Waarna weer een pepermuntje, want de preek, die handelde over Sodom en Gomorra – een lot wat het dorpje B. nooit zal kunnen treffen – verdient altijd een moment van contemplatie en bezinning, en dat kan mooi tijdens de collecte onder het genot van een versnapering. Dat geeft een verfrissende kijk op de zaken, zelfs op Sodom en Gomorra.
Onvermijdelijk kom je dan toch terecht bij je eigen, persoonlijke Sodom en Gomorra, en onbewust verbaas je je er weer over dat je ook deze week niet in een hoop rokende sintels bent veranderd. Blijkbaar is er hoop voor je, niet onbelangrijk, zou ik zeggen.
Maar eens wat vaker komen buurten dus, want zelfs de herder blijkt dit logje al te lezen, zo biechtte hij mij op na afloop van de dienst.
Ach, men , Hij, houdt je in de gaten. Je kunt het slechter treffen.

Regen en Viagra

 

Wat heeft dat nu weer met elkaar te maken. Nou, eigenlijk niets, maar beide hebben weer te maken met mijn heftige midlife-crisis. Het eerste gedeelte van dit logje mag gelezen worden door mannen in de midlife-crisis en door dames in de menopauze. Het tweede, langere gedeelte alleen door echte mannen met een sterk hart.
Voor alles wat jonger is: dit stukje is totááál niet interessant.’

Eerste gedeelte:
Nu verkeer ik – 53 jaar oud – sinds enige weken ( of jaren ) in een ernstige midlife-crisis. Dat uit zich in puberaal gedrag, dwarsigheid, het nalezen van motorblaadjes, ineens stil blijven staan voor de etalage van een tattoo-shop of een piercing-winkel, te laat naar bed gaan terwijl dat eigenlijk niet meer kan, foute ( te glimmende volgens mijn dochters) leren jasjes willen dragen. Het liefst zou ik trouwens een slangenleren jasje ergens op de kop tikken, maar dan kom ik thuis helemaal niet meer binnen.
Je haar dus bijna zwart laten verven, zoals ik afgelopen week dan heb gedaan, en op mijn werk zei bijna niemand er wat van, da’s ook zo balen. Verder het idee hebben dat je nog ongelooflijk indruk kunt maken op een mooie meid van 20 of zo, en dat ze jou bijzonder grappig en gevat vinden.
Met ontbloot bovenlijf als een idioot door de kamer springen, tot afgrijzen van je kinderen en denken dat je Anthony Kiedis ( die is ook al niet meer de jongste, dus wat veiliger ) van de Red Hot Chili Peppers bent en dan ontdekken dat de buren voor de ramen staan te kijken.
En, het aller, allerbelangrijkste voor een man: denken dat je nog een godheid bent in bed.

En nu het tweede gedeelte.
De dames mogen hier niet verder lezen. Weg dus.
Mannen, vrienden, op een zwarte dag ontdek je ( misschien wel tijdens het stiekum rukken voor de buis ), dat het allemaal wat langer duurt, en toch wel erg vermoeiend is. En, verdraaid, ’t lijkt wel of-ie kleiner is!
Het moet dan maar gebeuren. Het taboe doorbroken. De coming out. Ik dus vanochtend vroeg de dokter opgebeld, vanaf mijn werk, nadat ik eerst even had gekeken of de kantoortjes links en rechts van mij wel leeg waren.
Kreeg ik een assistente aan de lijn! Gelijk de hoorn weer neergelegd. Mijn collega kwam weer binnen, net op tijd. Gelijk ging de telefoon.
“Had u net gebeld, meneer?” De assistente weer. “Waarmee kan ik u van dienst zijn?”
“Ja ik had even de dokter willen spreken.”
“Waar gaat het over?”
“Eh… dat is wat lastig uit te leggen, zo op mijn leeftijd”
“Oh, u wilt Viagra?” ( Men kent mij daar wel goed, en dollen kan dan wel )
Maar goed, de dokter was ernstig meelevend. “Niet meer dan één op een dag!” Hij schatte mij blijkbaar nogal hoog in. Vanmiddag was dan het grote moment daar. Met kloppend hart en zwaar gemoed, want ook in die apotheek weer allemaal dames achter de toonbank. Ik kon toch moeilijk temidden van de aandachtig luisterende klandizie gaan vragen of de grootverpakking Viagra voor meneer B. ( “Jah, ik ben het niet hoor! Het is mijn buurman!”) al klaar lag. En buiten stortregende het, mijn volkomen doorweekte binnenkomst zou toch al opzien genoeg baren. Raar genoeg keek men mij inderdaad wat bevreemd aan, maar dat leg ik straks wel uit.
Weer buiten, het regende nog harder, maar het doosje in discrete verpakking veilig in mijn zak. Opluchting alom. Snel naar huis door een nu werkelijk grijs gordijn van regen.
Druipend, het doosje weggeborgen, trad ik de kamer binnen, waar mijn dochters mij dezelfde vreemde blikken toewierpen als de dames in de apotheek.
“Pap, wat ziet je gezicht eruit! Je lijkt wel een zombie! “ gevolgd door gillend gelach.. Ik keek ontredderd in de spiegel: mijn zwarte haarverf was ernstig uitgelopen over mijn gezicht……

Tot slot nog even over die Viagra , mannen. Die bijsluiter is heel eng. Je kunt er blind van worden, en ja wat is dan het laatste wat je ziet: een langdurige en pijnlijke erectie van 4 uur of meer bijvoorbeeld. Bloeddoorlopen ogen, dat kun je je partner ook al niet aan doen. Alsof ze met Frankenstein himself daar ligt te knarren. En je kunt dood neervallen. Mocht u niets meer van mij horen na het schrijven van dit stukje, ja, nou, dan weet u wel hoe laat het is.
En nu moet ik stoppen, want dat ding begint te werken.

En dames, het valt me ernstig van jullie tegen dat jullie ook dit gedeelte gelezen hebben.

Update: The day after.
Alleen het idee al dat er zo’n doosje in mijn nachtkastje stond bleek al voldoende te werken….

Naar Auschwitz (2)

Wellicht zullen trouwe lezertjes wat ongerust zijn geworden over het feit dat hier zó lang geen nieuw schrijfsel van mijn hand te vinden was. Wel, alles heeft zo z’n redenen, en ook ik kan wel eens last hebben van een writers block. Soms zijn er van die perioden in je leven waarop je een aantal zaken opnieuw moet ordenen, en dit reisje droeg daar ernstig aan bij.

In de voorjaarsvakantie ben ik dus afgereisd naar Krakow, Polen om mij daar in een appartementje in de oude Joods wijk voor te bereiden op mijn tweede trip naar Auschwitz. Krakow is een middeleeuwse stad en ademt nog de sfeer van de jaren vijftig, zeker als je daar op zo’n stille, afwachtende, grijze namiddag door de oude straten wandelt in een wijk die eens bruiste van leven. Bij vlagen drong nog de geur van stoken op steenkolen of bruinkool door, die sterk aan de tijd toen je nog kind was deed denken, toen je nog een onbezorgd en beschermd leventje leidde waarbij de avonden luisterend naar de radio werden doorgebracht. Polen heeft inmiddels niet stilgestaan sinds mijn laatste bezoek een jaar of vijftien geleden. Moderne winkels, dure auto’s, chique geklede mensen, mobieltjes alom. Gelukkig zijn de prijzen wel achtergebleven en betaal je in ouderwets degelijke zloty’s een belachelijk lage prijs voor een uitgebreide maaltijd in een uiterst trendy ingericht etablissement, waar Krakow zich in gespecialiseerd lijkt te hebben. Krakow is echt een stad om verliefd op en in te wezen. Je kunt je in een koetsje onder lantaarnlicht door de middeleeuwse binnenstad laten rijden en de sfeer over je heen laten komen.

Hoe anders dan de sfeer in Auschwitz. Na een eerder bezoek ben je wel wat gewend, maar nu toch ook weer een flinke schok na al het moois van Krakow. Grijs, een snijdende koude wind en dan ronddwalen op de denk ik verdrietigste, eenzaamste, zwartste plek op aarde in de geschiedenis van de mensheid…. Ook nu grote groepen toeristen, die ik als het even kan probeer te vermijden, maar ook in een grote groep kun je je toch enorm eenzaam voelen als je in duistere gewelven staat bij de “Stehzelle”, hokjes van negentig bij negentig centimeter, waarin zo’n acht gevangenen ’s nachts werden opgesloten bij temperaturen tot twintig graden onder nul, omdat ze de regels hadden overtreden, of als je staat bij de executiemuur in het dodenblok, of in de door een zwak peertje verlichte gaskamer van Auschwitz I, een ruimte die de verpersoonlijking is van de hel op aarde, die dus echt bleek te bestaan. Vervolgens de wandeling naar Birkenau, zo mogelijk nòg desolater, kouder, somberder en gruwelijker. Kunstenaar Armando bedacht het begrip “schuldig landschap”; wel, schuldiger kunnen bomen, struiken en stille vijvers gevuld met as en botten niet zijn. Wie zich nu hier ’s nachts zou laten insluiten moet de kreten en stemmen van de slachtoffers wel horen…….

Kortom, opnieuw een uiterst gedenkwaardige reis, en nu ik er weer over nadenk, niet de laatste deze kant op. Het leert je weer een hoop dingen in het leven relativeren.

Dag collega!

Zo’n tien jaar lang zit je samen op één kantoortje ( nou ja, hokje ) met dezelfde collega, en dan kom je vandaag daar binnen en is zijn plek, die altijd een enorme chaos was, ineens leeg. Andere baan, nieuwe uitdagingen, stukje jonger, dus nog kansen in het onderwijs.
Beetje onwennig wel, zo’n opgeruimde kale plek, en het is maar weer afwachten door wie die wordt ingenomen. In tien jaar leer je elkaar goed kennen, en heb je in allerlei situaties aan een half woord of een gebaar genoeg om te weten wat de ander bedoelt. Snel even een lesje van elkaar overnemen, omdat er boodschapjes moeten worden gedaan of gewoon een middagje vrij. Even gauw een toets kopiëren die de ander vergeten heeft te maken.
Een stuk rustiger dus nu. Ruim de helft minder telefoontjes, de helft minder storing. Ook veel minder in het leven teleurgestelde meisjes, die schuchter of geregeld in tranen eens even kwamen uithuilen. Elk jaar waren daar wel enkele treurige gevallen bij: een bijna blind meisje, met ernstig aangetast gezicht, waarvan de ouders niet de moeite namen om haar na het uitvallen van de treinverbinding even te komen halen. Een ander die schuchter over haar plannen voor het komend weekend kwam vertellen en over hoe lief haar paard, blijkbaar haar enige vriend, wel was.

Je zou ze stuk voor stuk in huis willen nemen en een veilige haven bieden. Ja, niet alle Nederlandse jeugd brengt het weekend door met jong en mooi wezen, feesten en beesten.
Het zal dus even wennen zijn nu… snel even wat spullen toegeëigend die anders toch maar door een andere collega zullen worden ingepikt: eindelijk een schaar in mijn bureau, een nietmachine. Plundra! En eindelijk mijn kopieerpasje weer boven water.

Maar toch had ik liever mijn collega hier weer terug gehad. Zo gaat dat in het onderwijs: het is komen en gaan.

Naar Auschwitz

Ja dit is een heel ander stukje weer eens. Gisteren heb ik een reis geboekt voor over een paar weken naar Krakau, Polen. De bedoeling is dan dat ik Auschwitz weer bezoek. Jaren geleden ben ik daar in een snikhete zomer geweest, en nu wordt het dan winter met – vermoedelijk – een dik pak sneeuw. Onlangs stond in de krant dat het kamp aan het vervallen is, en dat men niet weet hoe of wat te restaureren. Voordat het te laat is, wil ik er dus weer een keer heen. Kijken, foto’s maken, nadenken en vooral niet vergeten. Het wordt geen vrolijke reis, dat weet ik nog van de vorige keer. Wat je ziet is met geen pen te beschrijven. Met gevoelens kan dat wel. En dat hoop ik te doen. Ik hou u op de hoogte

Gevulde kameel voor 400 personen

De tijd van gezellig binnenzitten, lekkere stamppotten, balkenbrei en copieuze maaltijden komt er weer aan. Daarom een nieuwe rubriek met als thema “Recepten”.
Onderstaand recept voor gevulde kameel voor 400 personen vond ik op een site van een aantal VU-studenten

Lekker voor de kerstdagen?

Gevulde Kameel (400 personen) ). Benodigdheden:  300 dadels, 200 pluviere-eieren, 20 karpers van 2 pond elk, 4 trapganzen (schoongemaakt en geplukt), 2 schapen, 1 grote kameel, kruiden.  

Graaf eenkuil. Laat een flink vuur laaien tot hete kolen, drie voet diep. Kook eieren apart hard. Ontschub de karpers en vul met gepelde eieren en dadels. Kruid de ganzen en vul met gevulde karpers.
Vul de schapen met de gevulde ganzen en vul de kameel met de gevulde schapen.
Wikkel in bladeren van de doum-palm ( kijk even bij Intratuin bij de doum-palmen aanbieding ) en begraaf in kuil. Twee dagen bakken. Serveer met rijst.
   

 

Steeds harder in het onderwijs ( 1 )

Op mijn werk zie je rare dingen. Nu geef ik al enige jaren les in een computerlokaal,
en dan kijk je in principe altijd de klas in en nooit achterom. Het is sowieso
niet goed om achterom te kijken, zegt men.
Afgelopen week attendeerde één van mijn leerlingen, pardon, studenten,
mij echter op een afgrijselijk plaatje wat achter mij aan de muur is bevestigd.
Dit plaatje:

Wat zien wij hier? Wel, wij zien een afbeelding van een docent,
die achter zijn bureau zit met de armen relaxed gespreid ( zo hoort dat in het
onderwijs ). Op de grond voor hem gebeurt iets afschuwelijks.

Er is een leerling, die heeft blijkbaar een onvoldoende gehaald
voor een repetitie, en die is het er niet mee eens. De leerling heeft een klacht
ingediend, en in het algemeen krijgt de leraar dan de schuld, want die heeft
zich niet goed genoeg in de leerling verplaatst, en had moeten weten dat de
leerling in een moeilijke periode zit, dyslectisch is, lijdt aan dyscalculie
en ADHD en allergisch is voor papier. Je maakt het allemaal mee, ja..

In dit geval heeft de leerling niet gelijk gekregen, hij valt
op de knieën voor de docent, overgiet zich met benzine en steekt zichzelf
in brand. Kan ook zijn dat het mobieltje van de leerling, nadat hij naar huis
heeft gebeld om een knokploeg aan te laten rukken om die docent eens even af
te rossen en respect te eisen, tot zelfontbranding in de broekzak is gekomen.
Dat schijnt tegenwoordig te gebeuren.
Smekend heft de leerling de armen omhoog naar de docent die onbewogen voor zich
uit blijft kijken. Hoe het afloopt blijft ongewis.
Ik wil maar zeggen, het wordt steeds harder in het onderwijs.