Het is ongelooflijk koud. Voor mij ligt een verlaten strand, bezaaid met stukken rots, grote, vreemd gevormde schelpen, brokken verscheurd metaal. Een onbekende oceaan rolt eindeloos naar de kust. Hier en daar breekt wat schrale vegetatie door de zoutkorst heen, de wind rukt en snauwt. Boven zee zinkt de zon steeds lager in grijze wolkenflarden, wanneer ik omhoog kijk zie ik twee reusachtige hemellichamen tussen myriaden sterren tollen. Voorzichtig, aarzelend, stap ik langs een plant waarvan de bladen snappend dichtklappen als ik in de buurt kom. Ik moet opschieten, want het wordt donker en ik ben verdwaald. Ginds is iets wat op een grot lijkt. Een burcht van bazaltblokken rijst om mij heen. Mijn meters tonen dat ik nu heel snel een schuilplaats moet vinden. Ik balanceer van blok naar blok, mag niet misstappen, want onder mij wacht de afgrond.
Duizelig bereik ik de steeds donkerder wordende schemer van de grot. Buiten hoor ik de wind bulderen boven het geluid van de golven uit. Ik pak een lichtstick. Het groenige schijnsel komt niet ver; in een bol van bleek, koud licht schuifel ik dieper de grond in, te midden van dansende schaduwen. Voorzichtig stappen nu. Een schaduw kan ook een gat zijn waar ik in kan vallen. Dieper en dieper ga ik naar binnen, zwarter en zwarter wordt mijn wereld. Mijn lichtstick raakt leeg, flakkert, dooft langzaam uit tot een klein groen puntje, als de ogen van een dier in de nacht. Intense duisternis omringt mij nu. Ik durf niet verder te stappen, moet bukken om nog een paar centimeter grond te onderscheiden. Ik tast als een blinde. Mijn wereld is gekrompen tot mijn pak, een dunne laag bescherming tegen alles wat daar vijandig buiten is. Heel ver weg klinkt nog de wind door mijn ontvangers, heel vaag gloeien nog de meters om mijn pols en op het vizier van mijn helm.
Dan is daar een ander geluid. Een soort schuifelen, zacht krabbelen, krassen over de rotsgrond. De richting is moeilijk te bepalen. Er komt iets onmiskenbaar op mij af. Iets wat mij kwaad wil doen, iets wat mij wil verscheuren.
Ik zet even mijn bril af. Dit wordt even te gortig. De gordijnen staan half open, ik ben weer in mijn werkkamer, de computer zoemt, er staat een kop lauw geworden koffie voor mijn neus. Alles is veilig. Barneveld is zoals gewoonlijk weer heel gewoon, de vreemde oceaan is ver te zoeken. Mijn bril is een HTC Vive Virtual Reality-bril, met lange kabels verbonden aan mijn pc, een week in huis nu. Jaren op gewacht, en na lang wikken en wegen besteld, want voor dat bedrag kun je ook leuk op vakantie. Maar waarom zou je dat nog willen? Ik kan nu gaan wanneer ik wil, naar de meest exotische oorden, het heelal verlaten zelfs. Het blijft natuurlijk een solistisch gebeuren, hoewel je met een VR-bril virtuele ontmoetingen kunt hebben met mede-brildragers over de hele wereld in bijvoorbeeld AltSpace, een wereld waar je van alles kunt doen, van vergaderen tot taaltrainingen of gamen op exotische locaties; je kunt het zo gek niet bedenken. Wat je nodig hebt is een virtual reality-bril, een headset en een stevige computer.
De mogelijkheden met VR zijn ongekend, en de ervaring is niet met enige andere tot nu toe te vergelijken. Wandel door je toekomstige huis via de makelaardij, bezoek vast je vakantieadres, kijk mee in het ISS-ruimtestation, duik in de hersenen van een patiënt op de operatietafel, genees van spinnen-, vliegangst of hoogtevrees, maak eindeloze ritjes in spectaculaire achtbanen, kijk vanaf de bank thuis bioscoopfilms in het formaat van een enorme zaal, repareer een laptop zonder enige voorkennis of -en daar heb ik mijn bril voornamelijk voor aangeschaft- maak drie-dimensionale virtuele kunst, die je dus niet aan de muur kunt hangen, maar die je op internet kunt bekijken en waar je met behulp van een VR-bril aan alle kanten doorheen kunt wandelen, waarbij je niet gehinderd wordt door ruimte en afmetingen. In het programma Tilt Brush tover ik met mijn controllers virtuele kunstwerken, die licht geven, wolken sterrenstof uitwerpen, die wervelen en draaien en alles doen wat in je fantasie opkomt. Updates gaan de komende tijd veel nieuwe mogelijkheden toevoegen. Kunst wordt wat het nog nooit eerder geweest is.
Een eerste versie van zo’n consumentenbril kent natuurlijk tekortkomingen; je hebt een sterke computer nodig. De scherpte is nog niet optimaal, je ziet beeldpuntjes als bij een ouderwetse televisie. Er hangt een dikke kabel van je hoofd naar de pc. Wil je met bril en al goed kunnen bewegen en het virtuele gevoel écht tot zijn recht laten komen, dan heb je toch minimaal een vrij oppervlak van 2×2 meter nodig om in rond te lopen en niet met je controller de lamp van het plafond te slaan ( of je belangstellende gade een blauw oog ). Breng huisdieren, planten en kostbare Chinese vazen in veiligheid. Alle tekortkomingen vallen echter in het niet bij de immense ervaring die de onderdompeling in de virtuele wereld met zich meebrengt. Na een paar minuten merk je er niets meer van.
Zorg ook voor een grote vriendenkring, want niets is zo leuk als het kijken naar gasten die voor het eerst zo’n bril op hun hoofd zetten en die dan in de diepzee op oud scheepswrak in elkaar duiken wanneer er een enorme walvis rakelings over hen heen zwemt.
Virtual Reality wordt dit jaar de nieuwe verslaving voor wie daar gevoelig voor is. Maar wel een heel leuke. Neem eens een shot, zou ik zeggen.
